COLUMN | Over een Volvo Amazon en een giraf…

In het eerste jaar van mijn studie had ik een relatie met een meisje van wie de vader autoliefhebber was. Ik was allang blij dat we een passie deelden, want in de regel zijn eerste ontmoetingen tussen vaders en jongens die met hun dochters willen flikflooien pijnlijk ongemakkelijk. Na een fles wijn waren we zijn dochter al bijna vergeten en vertelde hij me uitgebreid over zijn grote trots: een Volvo Amazon uit 1961, die hij jaren geleden met zijn eigen handen had gerestaureerd.

Slecht idee

In het eerste voorjaar na het voltooien van zijn meerjarenproject nodigde hij zijn vrouw uit voor de maiden voyage van de Amazon. Die liep niet over van enthousiasme, maar hij haalde haar over met de belofte dat zij de bestemming mocht kiezen. “Ik wist eigenlijk meteen al dat het een slecht idee was,” zei hij terwijl hij mijn glas bijschonk. Maar omdat hij geen zin had om het prille enthousiasme van zijn vrouw in de kiem te smoren, zetten ze de volgende dag koers naar safaripark Beekse Bergen, dat tegenwoordig ook hard z’n best moet doen om mensen in de auto te krijgen.

Beekse Bergen

Het was een prachtige dag en de Volvo reed alsof hij net uit de fabriek in Göteborg was komen rijden. Maar terwijl ze stapvoets tussen de wilde dieren van Beekse Bergen rolden, werd de weg plotseling versperd door een bijzonder grote mannetjesgiraf. Er werd gelachen en gefotografeerd; ze hadden immers geen haast en hoe vaak zie je zo’n imposant dier nou van dichtbij? Maar vijf minuten toeteren later had de reus nog altijd geen stap verzet en daarom besloot hij langzaam te gaan rijden. En toen ging de giraf zitten.

Hij vertelde me dat hij ’s nachts nog steeds wel eens wakker schrok van het gekraak van de motorkap. Zijn vrouw gilde, kennelijk het seintje waarop de giraf gewacht had, want die maakte zich nu wel geschrokken uit de voeten. Het kwaad was echter al geschied: de voorkant van de Volvo was zwaar beschadigd.

Hij vertelde me dat hij ’s nachts nog steeds wel eens wakker schrok van het gekraak van de motorkap

“Maar hier houdt het verhaal niet op,” zei de man die ik in gedachten al had uitgeroepen tot ideale schoonvader. Nadat ze op een terras waren bijgekomen van hun hachelijke avontuur, met een paar borreltjes voor de schrik, zetten ze koers naar huis. Het aanvankelijke verdriet over de schade aan de Amazon was omgeslagen in hilariteit en de wetenschap dat ze nu in ieder geval iets leuks te vertellen hadden op verjaardagsfeestjes. Dat duurde totdat ze vlak voor de afrit van de snelweg – op nog geen tien kilometer van huis – plotseling gedwongen werden tot een noodstop, terwijl er links en rechts van ze auto’s op elkaar reden.

Ravage

Nadat de rook was opgetrokken stond de Volvo ongeschonden middenin een kettingbotsing. Er waren gelukkig geen gewonden, maar de ravage was groot. “Wat ongelofelijk zonde van uw mooie Volvo,” sprak een agent die de schade aan de voorkant van de auto kwam opnemen. “En toen maakte ik de tweede grote fout van die dag,” zei de vader van mijn vriendin, terwijl ik ons hoofdschuddend nog een glas wijn inschonk. “Ik vertelde de agent dat de schade niet van de botsing was, maar dat er een giraf op mijn auto was gaan zitten. Ik moet het proces-verbaal voor rijden onder invloed nog ergens hebben liggen.”

Hoewel ik tot op de dag van vandaag betwijfel of alles wel precies zo gegaan is die dag, of dat het überhaupt gebeurd is, wil ik het liefst geloven dat hij er geen woord van heeft verzonnen; daarvoor is het gewoon een te mooi verhaal.